Agenda

Uitvoeringsplan Duurzaamheid in het Onderwijs naar Tweede Kamer

Het uitvoeringsplan Duurzaamheid in het Onderwijs is in juni verstuurd aan de Tweede Kamer. GDO en SME zijn als sleutelorganisaties actief in dit proces en we voeren diverse pilots (mede) uit in samenwerking met de NDE-centra in ons netwerk, die de directe contacten hebben met de scholen. Zo koppelen we landelijk beleid aan integrale en lokale actie.

Het plan bevat de uitwerking van 3 actielijnen: een ondersteuningsstructuur van duurzaamheid, een duurzame schoolomgeving en jongerenparticipatie duurzaamheid in het onderwijs. De ministeries van van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Economische Zaken en Klimaat en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voeren het plan uit in samenwerking met het ministerie van I&W. Met een ondersteuningsstructuur op maat willen de ministeries – vraaggestuurd – scholen ontlasten bij de opgave om duurzaamheid een passende plek te geven.

Kansen

SME is aanstichter van dit traject door een oproep aan toenmalig staatssecretaris van I&W om werk te maken van een programmatische aanpak van natuur, milieu en duurzaamheid in het onderwijs. Sinds 2018 zijn allerlei fasen doorlopen. We zijn blij met dit resultaat dat ook veel kansen biedt voor lokale NDE-centra.

Meer weten? Mail onze programmamanager Duurzaam Onderwijs Arjan Klopstra.
Het Uitvoeringsplan lees je hier.

Onderweg naar diverse en inclusieve kinderboerderijen en NDE centra

Hoe staat het met het thema culturele diversiteit bij de (vrijwillige) medewerkers van de centra voor natuur- en duurzaamheidseducatie en kinderboerderijen? Wanneer hierin verandering nodig is, wat zijn dan belangrijke zaken om aan te werken? Zo’n veertig medewerkers van NDE-centra en kinderboerderijen gingen met elkaar in gesprek over verschillende aspecten van diversiteit en inclusiviteit.

Om ervoor te zorgen dat iedere leerling en inwoner centra voor natuur- en duurzaamheidseducatie en kinderboerderijen kan bezoeken, spelen toegankelijkheid en een inclusieve sfeer een rol. Zo voelt iedereen zich aangesproken en welkom om langs te komen. Culturele diversiteit is één van de dimensies waarover je dan kunt nadenken. Samen met de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme (NCDR), de vSKBN en de afdeling Stadsboerderijen en Milieueducatie van de gemeente Den Haag organiseerden wij op 16 april een bijeenkomst over dit thema.

Diversiteit en inclusiviteit: een breed palet aan thema’s

De focus van de dag lag op culturele diversiteit, omdat de sector inziet dat hier nog veel te winnen valt. Op meerdere momenten werd wel benoemd dat diversiteit en inclusiviteit grote en brede onderwerpen zijn. Diversiteit betekent in deze context dat je organisatie een mix is van mensen met verschillende persoonskenmerken. Denk hierbij aan kleur, culturele achtergrond, gender, beperkingen, leeftijd, opleidingsniveau en nog veel meer. Deze persoonskenmerken die iedereen heeft, interacteren ook weer met elkaar, dit wordt ‘intersectionaliteit’ genoemd. Het is van belang om dit continu in het achterhoofd te houden wanneer je spreekt over diversiteit en inclusie: er is geen ‘one size fits all’.

Bron afbeelding: Ravilok

Inclusie is het proces waarmee je als persoon of organisatie omgaat met diversiteit. Heeft iedereen, uitgaande van de diversiteit van mensen, gelijke kansen en toegang? Wat doe je om die balans recht te trekken en om te gaan met de systemen in de maatschappij die voor ongelijkheid zorgen?

Het belang van verankering in de organisatie

De Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme, Rabin Baldewsingh, benadrukte in zijn verhaal het belang van de verankering van een visie op diversiteit en inclusie in een organisatie. Zelf zag hij in zijn jaren als Haagse wethouder dat het aantrekken van bepaalde groepen om je medewerkersbestand diverser te maken, niet succesvol is als de omgeving waarin zij terecht komen niet inclusief is. Als er nog steeds (onbewuste) uitsluitingsmechanismen op de werkvloer aanwezig zijn – denk aan vervelende opmerkingen van collega’s, weinig kennis van diversiteit en inclusie of beleid dat tekort schiet – dan botsen medewerkers die anders zijn dan de bestaande norm alsnog tegen een muur op. Dan treedt het zogenoemde ‘draaideureffect’ op en vertrekken deze werknemers op korte termijn. Om te zorgen voor verankering pleit Baldewsingh voor een integraal beleid en inzet op het hoogste niveau. Hij wil dat leidinggevenden cursussen volgen om kennis en inzichten over diversiteit en inclusie te vergroten.

Ook Aliye Altintas-Çelik, oprichter van Diversity Included, benadrukt het belang van een visie op dit thema die goed verankerd is in de organisatie. ‘’Waarom wil je diversiteit? Ben je er mee bezig omdat je het echt wil of doe je het voor de buitenwereld? Als je het echt wilt, is het belangrijk je te realiseren dat je er niet bent door één ding aan te pakken. Er is een complex van maatregelen nodig.’’ Voor haar is inclusief leiderschap essentieel om diversiteit en inclusie goed te verankeren in de organisatie. Er moet iemand aan het roer staan, die de verantwoordelijkheid neemt voor dit thema. Diegene moet lef tonen om ook echt naar de processen te kijken en bereid zijn het te hebben over wat schuurt.

Inclusieve werving en selectie

Bij veel NDE-centra en kinderboerderijen zijn de bezoekers divers op allerlei manieren, maar de medewerkers zijn overwegend wit. Aan welke knoppen kan je draaien om je werving en selectieproces inclusiever in te richten? Altintas-Çelik geeft concrete handvaten. Taalgebruik is belangrijk: woorden zoals ‘bruggenbouwer’ of ‘verbinder’ roepen bij mensen vaak meer vragen op dan antwoorden. Wat voor jou vanzelfsprekend is, is dat niet altijd voor een ander. Ook benadrukt ze dat we het beeld los moeten laten dat diversiteit betekent dat je op kwaliteit moet inleveren. Nieuwe perspectieven brengen juist rijkere kennis mee in je organisatie. ‘We kiezen uiteindelijk de beste’, maar waarom zou dat niet iemand kunnen zijn die niet lijkt op wie er al werkt?

Vergroot je kennis en je netwerk

Naast visievorming, inclusief leiderschap tonen en inzetten op werving & selectie zijn er talloze andere stappen die je zelf binnen je organisatie kan nemen. Sarah Herforth nam namens GDO de deelnemers mee in wat zij vanuit hun rol kunnen doen. Allereerst betekent aan de slag gaan soms niet direct actie naar buiten toe ondernemen, maar het kan soms ook betekenen dat je als organisatie eerst zelf wilt leren. Zeker uitgaande van het model van intersectionaliteit: je kan niet in één klap inclusief zijn voor iedereen, maar het is wel belangrijk om te blijven van leren van de diversiteit van mensen om daar naartoe te werken. Denk hierbij aan boeken zoals ‘Hallo witte mensen’ en ‘Het antiracisme handboek’, maar ook aan teamuitjes naar een expositie, of een goed voorbeeld van een collega. Hoe meer je in kaart krijgt welke dimensies van diversiteit er zijn, hoe meer kennis je hebt om als organisatie te kiezen waar je nu én in de toekomst op in wilt zetten.

Ook benadrukt ze het belang van praten met mensen, in plaats van over mensen. Wanneer je steeds naar dezelfde mensen luistert, krijg je steeds dezelfde blik. Durf in gesprek te gaan en nieuwsgierig te zijn. “Ga eens praten in een buurthuis of de bibliotheek. Doe dat niet eenmalig, maar zorg dat je mensen betrokken houdt door ook te vertellen wat je met hun inbreng hebt gedaan. Investeer in relaties opbouwen met de mensen om je organisatie heen.”

Inclusief omgaan met jongeren

Mellani Sanchit, student HRM en medewerker Inclusion Office aan de Haagse Hogeschool nam samen met Soshana Kloos, Community builder bij StudentenStudiezaal, de aanwezigen mee in hoe je inclusief kunt omgaan met jongeren. Sanchit ging aan de hand van dilemma’s in gesprek over stagediscriminatie. In het gesprek werd benadrukt dat actie ondernemen wanneer er discriminatie ontstaat, essentieel is. Of dit nu is door zelf een collega aan te spreken, contact op te nemen met een leidinggevende of een melding doen bij een meldpunt: laat incidenten niet zomaar voorbij gaan. Juist door het gesprek aan te gaan, bewaak je een veilige werksfeer en begrijp je elkaar beter.

Kloos benadrukte ook het gevaar van vooroordelen richting jongeren op gebied van culturele diversiteit. Zo ziet zij veel vooroordelen over thuissituaties van de jongeren die bij haar in de studiezalen in de wijk komen; bijvoorbeeld dat ze allemaal wel niet thuis zullen kunnen studeren omdat ze veel broertjes en zusjes zouden hebben. Maar deze houding van medelijden zorgt er juist voor dat er een aanname wordt gemaakt en dus geen gesprek plaatsvindt. Terwijl dat gesprek juist essentieel is wanneer je werkt met mensen die op welke manier dan ook anders zijn dan jij bent.

Acties en ambities

De deelnemende kinderboerderijen en NDE centra hebben samen een aantal acties opgesteld. Zo gaat vereniging GDO in gesprek met haar leden over diversiteit en inclusie en specifiek over de toegankelijkheid van hun locaties. Samen met vSKBN gaat GDO in gesprek met het beroepsonderwijs om te onderzoeken waar de mogelijke knelpunten zitten in de toestroom van meer diverse leerlingen naar de sector. Ook gaat de afdeling Stadsboerderijen en Milieueducatie Den Haag aan de slag met haar wervingsproces, en zij blijft natuurlijk actief als aanjager op dit thema.

Wil je meer lezen over de sessies en de kennis die de sprekers gedeeld hebben? Lees dit hier in meer detail terug.

Bijeenkomst NDE en burgerschap op school

De concept-doelen voor burgerschap op school zijn recent gepubliceerd. Binnen burgerschap ontwikkelen leerlingen kennis en vaardigheden die ze toepassen op actuele maatschappelijke en planetaire vraagstukken. Voor onze leden organiseren we hierover een online bijeenkomst op 23 mei van 11-12.00 uur.

Tijdens deze sessie verkennen we samen hoe we de relatie zien, t.a.v. onze programma’s zoals schooltuinieren maar ook breder, hoe scholen ernaar kijken en wat we kunnen doen om de koppeling met burgerschap te versterken. Lees concept-kerndoelen voor Burgerschap.

Natuurinclusief

Lees ook het artikel ‘Maak je burgerschapsonderwijs natuurinclusief’ in het magazine van het Expertisecentrum Burgerschap. Een interview met Anna Vanderveen, namens GDO domeintrekker onderwijs bij het Collectief Natuurinclusief.

Aanmelden voor de bijeenkomst NDE en burgerschap kan via dit formulier.

Gemeente Groningen wint Gouden Wortel 2024

Groningen is de winnaar van de Gouden Wortel 2024. De gemeente ontving deze prijs op vrijdag 12 april tijdens de Week van de Schooltuin voor haar jarenlange ondersteuning van het schooltuinieren. De gemeente Schouwen-Duiveland ontving een eervolle vermelding.

De Gouden Wortel en de Week van de Schooltuin zijn in het leven geroepen door de Alliantie Schooltuinen en het voedseleducatie programma Jong Leren Eten. In deze week, van 8 tot en met 12 april zijn de schijnwerpers gezet op het belang van het schooltuinieren, en op gemeenten die het schooltuinieren op een inspirerende manier ondersteunen. De prijs werd uitgereikt aan wethouder Carine Bloemhoff door Arjan Klopstra van de Alliantie Schooltuinen en Karlien Meijer, makelaar Jong Leren Eten.

Vlog

Schooltuinen bestaan in sommige gemeenten al meer dan 100 jaar en ook veel andere gemeenten stimuleren het schooltuinieren. Dit gebeurt op verschillende manieren: door het beschikbaar stellen van grond, materialen, subsidies of met ondersteuning door bijvoorbeeld moestuincoaches en centra voor natuur- en duurzaamheidseducatie (NDE-centra).

Voor de Gouden Wortel verkiezing 2024 zijn gemeenten opgeroepen een vlog in te sturen over het belang van de schooltuin. “We waren direct onder de indruk van het filmpje van Groningen met een bevlogen schooltuinmeester en de kinderen aan het woord”, aldus Marjan van Creij, van het ministerie van LNV en programma Jong Leren Eten, namens de jury.

Onderdeel van schoolprogramma

Uit het juryrapport: ”Sterk in de aanpak van Groningen is het breed ondersteunen van schooltuinieren met vier schooltuincomplexen waar alle kinderen uit de stad naar toe komen voor natuurlessen, waarbij moestuinieren een onderdeel is van het programma. De kinderen uit groep 6 gaan wekelijks in hun eigen tuintjes aan de slag. Deze aanpak ontzorgt het reguliere onderwijs en de schooltuincomplexen zijn groene paradijsjes in de stad. Wij reiken daarom met veel genoegen de Gouden Wortel 2024 uit aan Groningen.”

Oproep aan wethouders

Carine Bloemhoff, wethouder van de Gemeente Groningen, reageerde blij. “Wij zijn trots dat we deze prijs in ontvangst mogen nemen en we zien het als een aanmoediging en beloning voor het goede werk dat we hier al zo’n 70 jaar verrichten. Het is voor kinderen belangrijk om natuurervaringen op te doen en te leren waar hun voedsel vandaan komt. Bovendien beleven ze enorm veel plezier aan het tuinieren. Daarom zou ik een oproep willen doen aan alle wethouders in Nederland. Wethouders doe je kinderen een plezier; zorg dat ze kunnen tuinieren.”

De wethouder bedankte de medewerkers van het NDE-centrum voor hun enthousiasme. ,,Zij zijn het die het echte werk verrichten.”

Raken aan beleidsdoelen

Behalve de Gouden Wortel kende de jury ook een eervolle vermelding toe aan de gemeente Schouwen-Duiveland. De vlog van Schouwen-Duiveland was een mooie complete oproep waarbij duidelijk werd gemaakt wie allemaal betrokken zijn en waarin goed wordt uitgelegd hoe schooltuinen raken aan de verschillende beleidsdoelen van de gemeente. De schooltuin wordt in Schouwen-Duiveland onder meer gecombineerd met het vergroenen van het schoolplein.

‘Verdienste zit in het netwerk’

Wethouder Ankie Smit van Schouwen-Duiveland “Heel erg bedankt voor deze aanmoedigingsprijs. Wij zijn nog maar net begonnen. Er zijn een paar dingen waar je als wethouder van kunt dromen. Een ervan is dit project dat we eilandbreed kunnen uitrollen. De verdienste zit in het netwerk, het ecosysteem van organisaties die ook deze droom hadden. Ik roep collega-wethouders op om samen met hun groene netwerk aan de slag te gaan. De kinderen zijn de groene beslissers van de toekomst.”

Topervaring

“We merken in het hele land dat de schooltuinbeweging groeit en bloeit. Steeds meer gemeenten zien in dat de schooltuin een goede manier is om kinderen aanraking komen met gezonde voeding, leren over natuur en biodiversiteit en bewegend bezig zijn”, vertelt Arjan Klopstra namens de Alliantie Schooltuinen en Jong Leren Eten. “Niet als extra activiteit maar als onderdeel van de school, waar betekenisvol onderwijs plaatsvindt. Wanneer kinderen leren hoe ze zelf groenten, fruit en bloemen kunnen zaaien, verzorgen en oogsten, wordt hun interesse in gezonde voeding aangewakkerd. Een zelfgeteeld worteltje smaakt toch het lekkerst.”

Jury Gouden Wortel

De jury van de Gouden Wortel 2024 werd gevormd door Marjan van Creij (senior beleidsmedewerker ministerie van LNV en Jong Leren Eten), Ignas van Schaick (EMS, Schooltuinfilm), Irene Harmsen (zelfstandig onderwijsadviseur) en Arjen van Drunen, wethouder van Breda, de gemeente die in 2023 de Gouden Wortel won.

Week van de Schooltuin

In 2022 werd de Gouden Wortel voor het eerst uitgereikt aan de gemeenten Teylingen en Arnhem. In 2023 wonnen Breda en Den Haag. In 2024 deden ruim 85.455 leerlingen mee met de Week van de Schooltuin en de Nationale Buitenlesdag met een centrale rol voor de Grote Pieperles. GDO is mede-initiatiefnemer van de Alliantie Schooltuinen.

Minister Adema van LNV ontvangt Handboek Schooltuinen

Het Handboek Schooltuinen is donderdag 11 april officieel gelanceerd en uitgereikt aan Piet Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. ‘Het helpt echt om al op jonge leeftijd te leren hoe we ons voedsel verbouwen en dat we bewust met ons eten moeten omgaan.’

Minister Adema ontving het boek tijdens de Week van de Schooltuin waaraan 85.455 leerlingen meedoen. Hij onderschrijft het belang van schooltuinieren in het net verschenen handboek: ‘School is voor kinderen heel belangrijk om te leren over gezond en duurzaam eten. Als ze dan ook nog eens met eigen handen in de aarde van een schooltuin kunnen wroeten is dat niet alleen leuk, het helpt ze ook echt om al op jonge leeftijd te leren hoe we ons voedsel verbouwen en dat we bewust met ons eten moeten omgaan.’

Belang van samenwerken

Mede-initiatiefnemers van de Alliantie – Rob Baan (eigenaar Koppert Cress), Hak van Nispen (directeur vereniging GDO/SME) en Jan Dijstelbloem (directeur IVN Natuureducatie) – spraken met de minister over de samenwerking binnen de Alliantie die ervoor zorgt dat er slagkracht is om de missie om elk kind toegang tot een schooltuin te geven in de praktijk gebracht kan worden. LNV is een belangrijke ondersteuningspartner geweest om dit uit te kunnen voeren. De hoop is uitgesproken dat zij dit ook in de toekomst nog willen blijven doen.

Het Handboek Schooltuinen – voor een gezonde en natuurbewuste generatie – is een praktisch voorbeeld waar de samenwerking tussen al die partijen tot kan leiden. Naast het ophalen van bestaande kennis maakt de Alliantie het ook mogelijk dat deze vervolgens ontsloten wordt zodat lokale uitvoerders aan de slag kunnen. 

Ook aan Caroline van der Plas (BBB) werd een exemplaar overhandigd.

Gratis downloaden of bestellen

Wil je zelf aan de slag als school of schooltuinondersteuner? In het Handboek Schooltuinen zijn jarenlange kennis en de ervaring van schooltuinjuffen en -meesters uit het hele land gebundeld. Het boek staat boordevol inspiratie en informatie voor zowel de beginnende schooltuinondersteuner als voor schooltuinorganisaties die op zoek zijn naar vernieuwing en verdieping. Van het realiseren van draagvlak tot een teeltplan met makkelijke schooltuingroenten en een leerzame schooltuinles: na het lezen van dit handboek kent de schooltuin voor jou geen geheimen meer.

Je kunt het boek hier gratis downloaden.
GDO-leden kunnen een gedrukt exemplaar van het boek bestellen voor 25 euro. Vul dit formulier in.

Op zoek naar de Super Six: lesmateriaal De Tuin met Stip gepresenteerd

Hoe krijg je de Super Six in je tuin, op je balkon of schoolplein? Kinderboek De Tuin met Stip van de Dordtse schrijfster Anneke van Veen weet raad: vergroenen! Bijbehorend lesmateriaal is vrijdag 30 juni overhandigd aan wethouder Tanja de Jonge op het groene schoolplein van Kindercampus Mozaïek in Dordrecht. Dit lespakket voor de jongste leerlingen zal in ten minste 25 gemeenten worden gebruikt.

Vrijwel alle gemeenten werken aan vergroening om wateroverlast en hittestress tegen te gaan en ter bevordering van de biodiversiteit. In De Tuin met Stip landt het lieveheersbeestje Stip in een stenen tuin. Deze wordt omgevormd tot een groene oase waarna alle vriendjes van Stip zich melden: Worm, Kikker, Bij, Vlinder, Merel en Egel. Deze diertjes vormen de Super Six (zoals de Big Five bij een safari) van een groene- en waterrijke tuin.

Aanvulling voor de jongsten op groenblauw beleid

Het boekje en het lesmateriaal nodigt jonge kinderen uit om in hun directe omgeving de Super Six te ontdekken. En het draagt bij aan bewustwording bij kind en ouder van het belang van een groene tuin. ,,Heel mooi, dit initiatief van een Dordtse schrijfster en ons eigen Duurzaamheidscentrum Weizigt. En dat het als eerste in onze stad wordt gebruikt. Het is een leuke aanvulling voor de jongste kinderen op ons groenblauwe beleid”, zei wethouder De Jonge bij de presentatie.

Gezamenlijk ontwikkeld

Duurzaamheidscentrum Weizigt heeft het initiatief genomen om gezamenlijk lesmateriaal te laten ontwikkelen, passend bij het kinderboek. Voor de uitvraag van het GDO OntwikkelFonds was grote belangstelling. Maar liefst 24 NME-centra in het land investeren samen in dit lesproduct.

Marian Kathmann (NME- Leiden) en Juke Lomann (stichting Naar buiten) hebben het lespakket ontwikkeld. Merike van de Vijver heeft het, net als het boekje, fraai vormgegeven. De klankbordgroep werd gevormd door Suzanne Stolk (Duurzaamheidscentrum Weizigt), Marjolein Staal (De Klyster) en Harmtine de Lange (NME Breda). Wethouder De Jonge: ,,Heel mooi dat het lesmateriaal door gezamenlijke inspanning is ontwikkeld. Door samen te werken, bereik je meer.’’

‘De kinderen vinden het geweldig’

,,Hé, een vlinder. Kijk, bijen op de bloem.” Opvallend is dat de kinderen van groep 1 en 2 van Het Mozaïek al heel goed weten wat er om hen heen vliegt en kruipt, blijkt tijdens de presentatie. Ze vinden zelfs een bijzonder zwart lieveheersbeestje. Dat mag in een potje met een vergrootglas om later te bekijken, zoals ze vaker doen met de groep. Hun lokaal grenst aan een groen gedeelte van het schoolplein.

Leerkracht Diane van der Ree: ,,Onze leerlingen mogen spelen en opdrachtjes doen in de tuin: wat hoor je, wat zie je, wat ruik je, welke schatten vind je? Door onze grote ramen zien we ook veel gebeuren. Als het regent zijn er opeens veel vogels die wormen zoeken. En vorig jaar kroop er zomaar een muis in de zonnebloem voor ons raam. De kinderen vinden het geweldig. Elk jaar zien we de tuin groeien en het drukker worden met vogels en insecten. Dit nieuwe lesmateriaal De Tuin met Stip stimuleert hen om de Super Six te gaan zoeken.”

Meer informatie over het lesmateriaal is verkrijgbaar bij Vereniging GDO.

Reportage bij RTV Dordrecht.

Website gerealiseerd door Daily Creative Agency